home » cd catalogue » Frederick Galiay - Time Elleipsis » Ben Taffijn, Jazz en Meer

Frederick Galiay - Time Elleipsis

Ben Taffijn, Jazz en Meer


In het najaar van 2016 kreeg de bassist Frederick Galiay een residentie aangeboden in het Franse 'Hors les murs'-programma. Een residentie die de winnaar in staat stelt een project te doen in het buitenland. Galiay koos voor Thailand, Laos, Cambodja en Myanmar en verwerkte zijn indrukken met boeddhisme en volksmuziek in het uit zeven delen bestaande 'Time Elleipsis', dat hij met zijn sextet Chamaeleo Vulgarus in 2019 opnam. Naast Galiay op elektrische bas horen we Atoine Viard op baritonsax, Jean-Sébastien Mariage op elektrische gitaar, Julien Boudart op analoge synthesizer en zowel Sébasien Brun als Franck Vallaint op percussie.

Als een donkere onweersbui, zo begint 'Nàga Convulsions'. Galiays basgitaar vult trillend de ruimte, we horen de langgerekte diepe brom van Viards baritonsax en de lange lijnen van Mariages gitaar. Duistere klankwolken die we in eerste instantie met postrock associëren. Dan komen de slagwerkers erbij, zij schroeven de spanning verder op. 'Sentence | Samsara' kent een nog duisterder karakter: na een zeer heftige inleiding volgen duistere klanken, afkomstig van Boudarts analoge synthesizer. Rollende donder van de beide slagwerkers in 'Luasamia | Points Cardinaux', aangevuld met vurig gitaargeweld. Het nummer wordt uitgeleid met een langgerekte piep, waarna Boudart 'Saneu Kham Samout' opstart met chaotische, machinaal aandoende geluiden. Waar zijn we nu weer beland? Het kraakt en piept aan alle kanten en krijgt een extra dimensie zodra de twee slagwerkers zich erbij voegen. Als verderop dan ook nog Mariage aanhaakt, schurend en sputterend, is het feest helemaal compleet.

Als de rust wederkeert, is het de rust van het duister. Voorzichtige, intense gitaarklanken kenmerken het begin van 'Nirmankayá | Dhyana', een lijn die Viard prachtig doortrekt met intens en gruizig spel op de baritonsax. Groot is het contrast met die paar momenten waarop Mariage de versterker onverwacht ver open draait. Intens is ook de slotpassage: heftig dreunende slagen op de gongs, lang en doordringend resonerend. Het vormt de brug naar het overweldigende, zinderende 'Dharmakaya | Oiseaux Terrifiants'. Eindigen doen we toepasselijk met een slag op een gong, het begin van 'Sukha', ook hier weer die bijna mystieke spanning, de loodzware bas, de duistere drones.

Tot slot een waarschuwing: tere zielen kunnen dit album beter mijden, maar liefhebbers van de schaduw en intense klankwerelden spoeden zich naar Ayler Records.